2010/08/31 Stadswachten: veiliger of werkgelegenheidsproject?

Sedert ongeveer twee jaar zijn stadswachten vaste gasten in het Rozenburgpark. Deze heren (het zijn bijna uitsluitend heren) staan ook wel bekend als medewerkers Veiligheid en Toezicht, maar veel maakt dat niet uit. Door hun aanwezigheid zou het een stuk veiliger moeten worden, dat was de bedoeling. Is het Rozenburgpark nu ook veiliger geworden?
De buurtbewoners weten het zo net nog niet. Of eigenlijk weten ze het wel.
Zij hebben de stadswachten leren kennen als degenen die onverbiddelijk het bonnenboekje trekken wanneer een hond niet is aangelijnd. Ze schieten plotseling uit de bosjes tevoorschijn of houden zich schuil op de Vijverbrug en verrassen de argeloze wandelaar.
Ze maken geen onderscheid, dat siert hen. Een oma met haar kleinkind in de kinderwagen met parasolletje en een klein loslopend hondje vlak naast het achterwiel wordt even meedogenloos op de bon geslingerd (kosten € 60) als de tachtigjarige man die zijn hond vlak voor de uitloopzone alvast losliet vanwege een pijnlijke heup. De oma mag dan nog van geluk spreken, want ja, ze had geen identiteitspapieren bij zich,en dan vraag je om moeilijkheden, maar voor deze keer kreeg ze daarvoor geen bon. Ze moest dan wel, begeleid door de twee ambtenaren, een aan elke zij, naar huis lopen met kinderwagen en aangelijnd hondje om het document te tonen.
Of de andere dame van in de zestig die ook geen identiteitspapieren kon tonen, maar wel een luidsprekende stadswacht tijdens een telefoonverbinding met de GBA (Gemeentelijke Basis Administratie) moest velen die verifieerde of de dame wel de waarheid sprak en haar geboortedatum luidkeels doorgaf naar de andere kant van de verbinding. Het hele park kon meegenieten, maar ze mocht toch nog van geluk spreken dat een tweede bekeuring uitbleef..
Vervelend is dat de heren er geen besef van hebben op welke plek ze eigenlijk aan het werk zijn. Van chefs hebben ze kennelijk te horen gekregen dat ze vanmiddag op jacht moeten op hondenbezitters met niet aangelijnde honden en gaan vervolgens ergens in Kralingen aan de slag. Wanneer je tijdens de confrontatie vraagt of de heren weten waar ze zich bevinden, hebben ze geen idee. Op de bon wordt daarom veelal zo maar een willekeurige laan in de buurt opgeschreven.
De echte politie kan geen waardering opbrengen voor hun nieuwe pseudo-collega’s. Zij vinden ze laagopgeleid met teveel bevoegdheden. Daaraan verandert niets wanneer sommige van de stadswachten zich op Segways mogen voortbewegen, de grasmaaier die eruit ziet als een rollator.
Maar hoe zit dat dan met de veiligheid, zal de lezer zich afvragen? Tja, dat is een lastige vraag. Natuurlijk, honden zijn niet veilig voor de medewerkers Veiligheid en Toezicht, maar pitbulls vormen toch een klasse apart. Dan wordt een oogje dicht geknepen. (‘Weet je wel hoe link die beesten kunnen zijn?’) Wanneer ‘s avonds scooters in het Rozenburgpark rondscheuren, hebben de heren geen dienst. Wanneer een groep jongeren ‘s avonds met luidspelende radio’s en schreeuwend de rust verstoort, is er ook geen stadswacht te zien. Ook niet wanneer barbecuende bezoekers de hele rotzooi, verpakkingsmateriaal met vleesresten, kooltjes, flesjes, blikjes, sauzen en al achterlaten. Nee, dan zijn de stadswachten in geen velden of wegen te bekennen. Dat kan ook niet want ze zitten thuis of zijn elders druk met het bekeuren van loslopende honden.
De stadswachten zouden de veiligheid moeten bevorderen, dat was ooit de bedoeling. Maar ze zijn voornamelijk bezig met het bekeuren van hondenbezitters om op die manier hun eigen kosten terug te verdienen. Dus toch een werkgelegenheidsproject, zij het vermomd.